Je gebruikt Internet Explorer. Deze site werkt het best op een recentere browser zoals Chrome, Firefox of Safari. Lees hier meer

Gesloten voor uitbreiding en verbouwing
bekijk de tijdlijn

Geschiedenis

Ooit stonden we nog bekend als ‘modellenmuseum’. Van verschillende kunstambachten (meubel, textiel, keramiek, zilver, koper, glas, …) verzamelden we goede voorbeelden om vakmensen en kunstenaars te inspireren en te ondersteunen in hun vorming. Het museum werd in 1903 opgericht door de Vereniging van Nijverheid en Decoratieve kunst, een private organisatie van industriëlen en kunstenaars.

Rond 1930 telde de collectie al een goede 4.000 objecten, waaronder veel 18e-eeuwse meubels in Franse stijlen zoals rococo, neoclassicisme en empire. De oudste objecten, uit de 15e eeuw, zijn meubelfragmenten in gotische stijl. Leo Leirens was een spilfiguur bij het aankopen van hedendaagse stukken uit die vroege periode, zoals die van de Wereldtentoonstelling van 1913 in Gent en in de jaren 1920 in Parijs.

Door de crisis, de oorlogsjaren en de verbouwingswerken aan Hotel De Coninck kwamen er tussen 1930 en 1974 amper stukken bij. Daarna nam conservator Lieven Daenens (1948) de fakkel over en bouwde de deelcollecties art nouveau en art deco (jaren 1890-1940) en Italiaans postmodernisme met Studio Alchimia en Memphis (jaren 1970-1980) sterk uit. Ook hedendaags industrieel design en artistiek design kregen een plek in de collectie. Er werden bewust veel buitenlandse objecten verzameld, maar ook de Belgen wonnen terrein: Henry van de Velde, Philippe Wolfers, Paul Hankar, Albert Van huffel en Maarten Van Severen, ze kregen allen een plek.

Voor we in 2002 onze naam veranderden in Design Museum Gent, gingen we na 1995 nog even door het leven als Museum voor Sierkunst en Vormgeving. Samen met die naamswijzingen verschoof de focus ook van toegepaste kunsten naar het bredere industrieel en artistiek design. Intussen bevat onze collectie zo’n 22.500 objecten.